3.3 Conclusie
De kabinetsculptuur van de Vlaamse beeldsnijder Francis van Bossuit in ivoor, palmhout en aardewerk was in de Republiek vanaf het einde van de zeventiende eeuw zeer geliefd. De kunstenaar heeft gedurende zijn lange verblijf in Italië vele kunstwerken uit de oudheid, renaissance en barok als model kunnen gebruiken voor zijn sculpturen, die vervolgens hun weg vonden naar Amsterdamse kunstkamers en interieurs. Hoewel ivoren vooral bekend zijn uit verzamelingen van vorsten, genoten zij in Holland juist ook populariteit bij een aantal welgestelde burgerlijke verzamelaars, die vaak meerdere beelden en reliëfs van Van Bossuits hand bezaten. De voorkeur van kunstverzamelaars voor zijn stijl beperkte zich niet tot zijn sculptuur; de bestudering van zijn werk door de schilders van die tijd heeft een sleutelrol gespeeld bij de vernieuwing van de schilderstijl in classicistische richting.
Met behulp van het Beeld-snyders Kunst-kabinet en het bewaarde gedeelte van zijn oeuvre is het mogelijk om de beeldtaal van Francis van Bossuit en de weerslag daarvan in de schilderkunst van rond 1700 te reconstrueren. De tekeningen die Barend Graat vanaf de jaren tachtig naar de sculpturen heeft vervaardigd waren oorspronkelijk waarschijnlijk niet bedoeld voor een prentuitgave als het Beeld-snyders Kunst-kabinet, maar als compendium van classicistische motieven voor Graats historie- en decoratiewerk. Ook Willem van Mieris tekende naar de sculpturen van Francis ten behoeve van zijn classicistische genre- en historiestukken. Het werk van Graat en Van Mieris heeft vervolgens weer kunstenaars uit hun omgeving geïnspireerd. Deze bestudeerden vermoedelijk de originele sculpturen, ze maakten afgietsels of ze gebruikten natekeningen door Graat, Van Mieris en anderen als voorbeeld. Zowel Graat als Van Mieris hielden bovendien tekenacademies, waar zij hun classicistische stijlopvattingen aan een nieuwe generatie kunstenaars zullen hebben doorgegeven.
Jeronimus Tonneman [1], aan wie de prentenbundel is opgedragen, was eigenaar van de in 1727 in het Beeld-snyders Kunst-kabinet gereproduceerde tekeningen van Graat. De uitgave werd waarschijnlijk door hem geïnitieerd om een internationaal publiek van kunstliefhebbers en -kopers voor sculpturen van Francis van Bossuit te interesseren. Vermoedelijk wilde hij zichzelf hierbij ook positioneren als deskundig verzamelaar teneinde zijn eigen Van Bossuit-sculpturen zo goed mogelijk te kunnen verkopen. Het Beeld-snyders Kunst-kabinet heeft vervolgens in de loop van de eeuwen voor andere verzamelaars bij de identificatie van specifieke werken als collectiecatalogus gefunctioneerd.
Matthijs Pool, graveur, drukker en uitgever van het Beeld-snyders Kunst-kabinet en schoonzoon van Barend Graat heeft, onder andere door diens tekeningen in een picturale stijl in prent te brengen, het Beeld-snyders Kunst-kabinet een tweede functie gegeven als tekenvoorbeeldboek voor kunstenaars. Vanwege het grootschalige gebruik rond de eeuwwisseling van motieven van Van Bossuit zal Pool een potentiële markt hebben verondersteld bij verzamelaars, kunstenaars en (amateur)tekenaars. Ten tijde van de uitgave in 1727 begon het classicisme en daarmee de behoefte aan het navolgen van de sculpturen van Francis echter over zijn hoogtepunt heen te raken, waardoor de prenten zelf in de kunstproductie van na 1727 nauwelijks nog sporen lijken te hebben nagelaten.

1
Cornelis Troost
Portret van Jeronimus Tonneman en zijn fluitspelende zoon, 1736 gedateerd
Dublin, National Gallery of Ireland, inv./cat.nr. 497 (1971)